Eurocommissaris King: ‘EU heeft cybercrime onderschat’

De Europese Unie (EU) heeft de dreiging die uitgaat van cybercrime onderschat. “Cybercrime groeit veel sneller dat we naar mijn idee hadden verwacht”, zegt Julian King, Eurocommissaris voor Veiligheidsunie.

Dit heeft King gezegd in een interview met EUobserver op de Cybersec conferentie in het Poolse Krakow. “De uitdaging is onszelf te wapenen om met deze problemen om te kunnen gaan, die veel groter, gecompliceerder en veelzijdiger zijn dan we oorspronkelijk hadden aangenomen”, zegt King. De EU sprak in de cybersecurity strategie van de EU uit 2013, waarin de EU de ambitie uitsprak cybercrime drastisch terug te dringen. Dit is echter niet gelukt. Zo wijst King erop dat de hoeveelheid cybercrime in de afgelopen vier jaar is vervijfvoudigd, terwijl deze in de komende twee jaar opnieuw zal verviervoudigen.

ENISA verstevigen

De EU kondigde onlangs aan zijn cybersecurity agentschap ENISA te gaan verstevigen en daarnaast een raamwerk op te gaan zetten voor EU-brede cyberseurity certificaten. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar het opzetten van van een netwerk van cybersecurity kenniscentra en een European Cybersecurity Research and Competence Centre.

Desondanks stelt King dat de EU onvoldoende investeert in de aanpak van cybercrime. De Eurocommissaris trekt hierbij de vergelijking met de Verenigde Staten, waar fors meer wordt geïnvesteerd in publiek-private samenwerking op het gebied van cybersecurity. De EU investeert de komende vijf jaar 1,8 miljard euro in publiek-private samenwerking. Dit staat echter in schril contrast met de 14,5 miljard euro die de Verenigde Staten alleen dit jaar al in publiek-private samenwerking op het gebied van cybersecurity steekt. King is dan ook van mening dat de Europese investeringen niet in verhouding staan met de uitdaging die cybercrime vormt.

‘Kenniscentra zouden niet onder ENISA moeten vallen’

King is van mening dat de nieuwe Europese onderzoeks- en kenniscentra op het gebied van cybersecurity niet onder ENISA zouden moeten vallen. “Ik ben van mening dat er verschillende rollen zijn”, aldus King. Zo ziet King een rol weggelegd voor een versterkt ENISA en voor onderzoekscentra op het gebied van cybersecurity. Beide hebben volgens de Eurocommissaris echter andere competenties en concurreren dan ook niet, maar vullen elkaar juist aan. Daarnaast stelt King dat de EU meer moet inzetten op digitale opsporingsactiviteiten.

Het volledige interview met King is te vinden bij EUobserver.