Praktijktesten met DigiD-opvolger eID van start
De overheid gaat van start met het testen van eID in de praktijk. eID is de opvolger van DigiD en geeft burgers de mogelijkheid op een veilige wijze zichzelf online te identificeren, zonder hierbij meer informatie prijs te geven dan noodzakelijk.
Het systeem geeft burgers de mogelijkheid specifieke informatie over hun identiteit te overhandigen aan bepaalde spelers. Als voorbeeld wordt in een Kamerbrief een online drankwinkel genoemd, die verplicht is de leeftijd van kopers te controleren. Door om een eID te vragen kunnen drankwinkels deze leeftijd met zekerheid vaststellen. De winkel krijgt in dit geval alleen de leeftijd van de klant te zien, terwijl alle andere gegevens zoals de naam en woonplaats van een klant afgeschermd blijven.
Privacy beter beschermen
Met eID kan per organisatie worden bepaald welke informatie wel of juist niet wordt overhandigd. De overheid wil de privacy van burgers hierdoor beter beschermen. Het systeem moet daarnaast een stuk flexibeler worden dan DigiD en minder gevoelig voor storingen.
Burgers kunnen verschillende documenten gebruiken om zichzelf bij eID te identificeren. Zo kunnen burgers zich met een identiteitskaart of rijbewijs identificeren bij de overheid. Met een bankpas kunnen burgers zich identificeren bij zowel de overheid als bedrijven.